Schrijf- en Uitgeefttips: Wanneer gebruik je dat en wanneer wat?

Wanneer verwijs je met dat en wanneer met wat? Het is voor veel mensen, schrijver of niet, lastig. 

 

In dit blog geef ik uitleg over wanneer we dat en wanneer we wat gebruiken. En onderaan het blog vind je een eenvoudig keuzeschema – handig om te printen en te bewaren 😉



Geen strikte scheiding

 

Het eerste wat ik wil meegeven, is dat de regels voor dat en wat niet zo strikt meer worden nageleefd als vroeger. Toch doe je er goed aan om de regels te kennen en dat en wat op het juiste moment te gebruiken.

 

De eerste zin van deze alinea zou tegenwoordig ook geschreven kunnen worden als: Het eerste dat ik je wil meegeven. Ik vind het 'raar' staan, net als veel schrijvers en lezers, maar het mag dus wel.

Dat en Wat

 

Dat en wat zijn beide betrekkelijk voornaamwoorden waarmee je verwijst naar dingen die je eerder noemde.

 

 

Dat

 

We beginnen met waar je met de 'simpelste' van de twee naar verwijst: dat.

 

Onzijdige woorden 

Als je verwijst naar onzijdige woorden (het-woorden) doe je dit met dat.

 

Voorbeelden:

  • Het meisje dat daar loopt.
  • Het boek dat daar de koop is.

 

 

Verkleinwoorden

Naar verkleinwoorden in het enkelvoud, ook van de-woorden, verwijs je met dat.

 

Voorbeelden:

  • In dat leuke winkeltje verkopen ze theekopjes. (de winkel, dat winkeltje, maar die winkeltjes)
  • Het rokje dat die vrouw draagt, staat haar geweldig. (de rok, dat rokje, maar die rokjes)

 

In speektaal wordt, zoals gezegd, naar het-woorden en verkleinwoorden in het enkelvoud ook vaak verwezen met wat, maar dat is niet volgens de regels en heeft bij de meeste lezers en schrijvers niet de voorkeur. 

Wat

 

Verwijzen met wat doe je op veel meer momenten. Ik zal ze hieronder toelichten.

 

1. Onbepaalde woorden

Met wat verwijs je naar een onbepaald woord als iets, niets, alles, allemaal, heleboel. Als er naar iets concreets wordt verwezen, vinden veel mensen verwijzen met dat ook goed, maar de richtlijn is verwijzen met wat.

 

Voorbeelden:

  • Iets wat er niet toe doet.
  • Dat is alles wat je moet weten.

 

 

2. Voornaamwoorden dat en datgene

Naar de voornaamwoorden dat en datgene wordt verwezen met wat.

 

Voorbeelden:

  • Datgene wat voor jou belangrijk is, is dat niet voor mij.
  • Dat is wat ik mooi vindt.

 

 

3. Zelfstandig gebruikte bijvoeglijk naamwoorden

Naar zelfstandig gebruikte bijvoeglijknaamwoorden, meestal de overtreffende trap, wordt in principe verwezen met wat.

 

Voorbeelden:

  • Wat is het mooiste wat je ooit hebt gezien?
  • Wat is het leukste wat je ooit hebt gedaan?

 

Uitzondering 1:

Verwijzen naar zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden met dat

 

Verwijzen met dat naar zelfstandig gebruikte bijvoeglijk naamwoorden is ook mogelijk. Het hangt af van de betekenis van de zin.

 

Hieronder twee keer twee vergelijkbare zinnen:

 

1a. Deze pasta is de lekkerste die ik ooit heb geproefd.

1b. Deze pasta is het lekkerste wat ik ooit heb geproefd.

 

2a. Dit gerecht is het lekkerste dat ik ooit heb geproefd.

2b. Dit gerecht is het lekkerste wat ik ooit heb geproefd.

 

In de zinnen 1a en 2a is wat er geproefd is, het lekkerste van de soort. Dus deze pasta is de lekkerste van alle pasta's die ik ooit heb geproefd. En dit gerecht is het lekkerste van alle gerechten die ik ooit heb geproefd.

 

In de zinnen 1b en 2b is wat er geproefd is het lekkerste van alles wat er geproefd is. Dus deze pasta is het lekkerste van alles wat ik ooit heb geproefd en ook dit gerecht is het lekkerste van alles wat ik ooit heb geproefd. Dus het lekkerste van alle gerechten en pasta's, maar ook van alle snoepjes, drankjes etcetera. 

Waar je in zin 1a naar het de-woord pasta verwijst met die, verwijs je in zin 2a naar het het-woord gerecht met dat. 

 

  

4. (Rang)telwoorden

Naar telwoorden en rangtelwoorden verwijs je met wat.

 

Voorbeelden:

  • Het eerste wat ik doe als ik thuis ben, is mijn konijn knuffelen.
  • Het laatste wat ik wil, is je pijn doen.
  • Je hebt de derde plaats behaald, wat heel goed is.

 

 

5. Hele zin of een zinsdeel

Naar een hele zin of een zinsdeel verwijs je met wat.

 

Voorbeelden:

  • Het buitenzwembad is dicht. Wat vreemd is, want het is heerlijk weer.
  • De burgemeester heeft aangekondigd dat er een groot feest komt op 5 mei, wat ik onbegrijpelijk vind, gezien de financiele situatie van de gemeente. 

 

6. Niet genoemde antecedenten

Naar niet genoemde antecedenten verwijs je met wat, het antecedent is datgene waar wat betrekking op heeft.

 

Voorbeelden:

  • Wat hij zegt, versta ik niet.
  • Ik heb geen idee wat zij krijgt. 

 

 

Uitzondering 2:

Verwijzen naar enige kan met dat en wat

 

Een andere uitzondering is het enige dat/wat. Deze uitzondering is vergelijkbaar met de uitzondering van de bijvoeglijk naamwoorden.

 

Ik gebruik dezelfde voorbeelden, dat is denk ik het duidelijkst.

 

1a. Deze pasta is de enige die ik ooit heb geproefd.

1b. Deze pasta is het enige wat ik ooit heb geproefd.

 

2a. Dit gerecht is het enige dat ik ooit heb geproefd.

2b. Dit gerecht is het enige wat ik ooit heb geproefd.

 

In de zinnen 1a en 2a is wat er geproefd is, het enige van de soort. Dus deze pasta is de enige pasta die ik ooit heb geproefd. En dit gerecht is het enige gerecht dat ik ooit heb geproefd.

 

In de zinnen 1b en 2b is wat er geproefd is het enige wat er ooit geproefd is. Dus deze pasta is het enige wat ik ooit heb geproefd en ook dit gerecht is het enige wat ik ooit heb geproefd. Dus het enige van alle gerechten en pasta's, maar ook van alle snoepjes, drankjes etcetera. 

Waar je in zin 1a naar het de-woord pasta verwijst met die, verwijs je in zin 2a naar het het-woord gerecht met dat.


Kort samengevat:

 

Verwijzen met dat:

  • naar het-woorden
  • naar verkleinwoorden
  • afhankelijk van betekenis naar zelfstandig gebruikte bijvoeglijk naamwoorden en enige

 

Verwijzen met wat:

  • alle andere gevallen

Vond je dit interessant?

 

Lees de andere blogs op deze website. Ook komen er steeds nieuwe blogs online met tips over schrijven en uitgeven, over je team en over de schrijftermen.

 

Als je me volgt op social media ben je als eerste op de hoogte als ik een nieuw blog plaats.


  Benieuwd of jij overal juist verwijst? En of ik je kan helpen om jouw verhaal op andere punten mooier te maken?

  

👉 Neem dan contact met me op. 

 

In een vrijblijvend en kosteloos kennismakingsgesprek bespreken we wat ik voor jou(w manuscript) kan betekenen.